In de nieuwe SDE++ regeling kan er subsidie worden aangevraagd voor het afvangen en opslaan van CO2 . Het gaat dan om Carbon Capture Storage (CCS) voor de industriële toepassingen (geen elektriciteitsopwekking). Een paar voorbeelden voor de industriële toepassingen is het afvangen van CO2 uit de rookgassen van een verbrandingsproces of een proces waarbij aardgas wordt omgezet tot waterstof. Deze CO2 wordt vervolgens getransporteerd via een CO2-leiding/infrastructuur naar een CO2 opslag zoals een leeg gasveld in de bodem van de zee.
CO2 kan ook worden afgevangen en worden hergebruikt in kassen en voor de koolzuurproductie voor frisdrank. Dit wordt ook wel Carbon Capture Utilisation (CCU) genoemd. Deze categorie is in de SDE++ 2020 nog niet opgenomen, maar is wel een van de categorieën die wordt onderzocht voor de toekomstige SDE++ rondes.
CO2 kan in industriële processen worden afgevangen door middel van:
Bij pre-combustion techniek wordt de CO2 in het productieproces afgevangen.
Een voorbeeld van zo’n proces is bij de productie van waterstof waarbij aardgas als grondstof wordt gebruikt (stoom-methaan reformatie). Bij dit proces wordt aardgas en stoom onder hoge druk en temperatuur bij elkaar gebracht. Hierdoor ontstaat er syngas. Syngas is een combinatie van CO2 , koolmonoxide en waterstof. Daarna vindt er een vervolgreactie plaats, genaamd ‘water-gas shift reactie’. Bij deze reactie wordt stoom en CO omgezet tot waterstof en CO2 . Overgebleven CO2 van ‘stoom-methaan reformatie’ en ‘water-gas shift reactie’ kan bijvoorbeeld worden afgevangen door de zogenaamde ‘pressure-swing adsorption’ methode. Bij deze methode wordt er adsorptiemateriaal zoals zeolieten of actieve kool gebruikt die CO2 uit het gasmengsel onttrekt. Het CO2 kan dan worden getransporteerd en worden opgeslagen.
Bij Post-combustion techniek wordt de CO2 afgevangen uit rest- of rookgassen. Gezuiverd rookgas bestaat grotendeels uit stikstof en een klein deel CO2 . CO2 kan op verschillende manieren worden afgevangen. Een paar voorbeelden zijn absorptie, cryogenisch technologie, membraantechnologie.
a. Absorptie (met mono ethanol amine)
Het afvangen van CO2 uit rookgassen door middel van amines. De meest gebruikte amine voor deze toepassing is ‘mono ethanol amine’ (MEA). MEA is een goedkoop en veilig te gebruiken voor deze toepassing. Rookgassen gaan door een absorptiekolom. In de kolom is MEA aanwezig dat de CO2 bij 60 oC absorbeert. Deze oplossing wordt verpompt naar een strippenkolom. In de strippenkolom wordt de oplossing van MEA en CO2 verhit tot ongeveer 120 oC waardoor CO2 van MEA loslaat en hierdoor een zuivere stroom van CO2 wordt verkregen. De MEA kan hierna weer opnieuw gebruikt worden nadat deze wordt geregenereerd. Voor het gehele proces is er veel warmte benodigd.
b. Cryogenisch technologie
Dit proces is gebaseerd op het koelen en condenseren. Dit kan worden toegepast op rookgassen met hoge CO2 concentratie met als doel om de componenten uit rookgassen te verwijderen zoals CO2 . Rookgas wordt eerst onder druk gebracht. Vervolgens wordt het rookgas gekoeld tot CO2 vloeibaar wordt. Bij 30 bar wordt (pure) CO2 vloeibaar bij een temperatuur van ongeveer 6 oC. Het vloeibare CO2 kan vervolgens worden getransporteerd of opgeslagen. Verder is er veel energie nodig om cryogenisch technologie toe te passen, maar een voordeel is dat er weinig tot geen chemicaliën benodigd zijn.
c. Membraantechnologie
Bij deze technologie wordt rookgas eerst onder druk gebracht. Hoge druk rookgas is de feed-in van membraan. Membraan fungeert in dit proces als een soort filter en deze heeft een bepaalde selectiviteit en de doorlatendheid, zie figuur hiernaast voor verduidelijking. Deze factoren, soort gas en drukverschil t.o.v. atmosfeer bepalen de hoeveelheid en zuiverheid van een bepaalde soort gas dat door de membraan gaat. Hierdoor kan er een CO2 rijke gas vervolgens verder worden bewerkt, getransporteerd en/of opgeslagen.
Er zijn vier soorten CCS projecten waar SDE++ voor aangevraagd kan worden.
Alle mogelijkheden van toepassingen voor CCS zijn ondergebracht, maar niet voor energieopwekking. Een voorbeeld is figuur 1. Industrie (zoals een bestaande raffinaderij) heeft een bestaande CO2 -afvanginstallatie met een compressor en/of een CCU netwerk. De raffinaderij kan besluiten om een extra compressor, leidingnetwerk en CO2 opslag te realiseren waarna per ton opgeslagen CO2 een SDE++ subsidie kan worden verkregen.
Figuur 1 – CO2-opslag bij bestaande CO2-afvanginstallaties variant A.
Het kan ook zijn dat een raffinaderij, afvalverbrandingsinstallatie (AVI) en andere industrieën (exclusief energieopwekkingsinstallaties) die al CO2 afvangen met een bestaande installatie, besluiten om geen CO2 meer te leveren voor de CCU toepassingen maar het willen opslaan. Hierbij is het noodzakelijk om een nieuwe compressor aan te schaffen om CO2 bij de gewenste druk op te slaan. Zie figuur 2.
Figuur 2 – CO2-opslag bij bestaande CO2-afvanginstallaties variant B.
Als een industrie (zoals AVI) SDE++ wil aanvragen voor deze categorie, zijn de investeringen in CO2 -afvanginstallatie, compressor en de aansluiting op het CO2 -transportnetwerk vereist. Zie figuur 3.
Figuur 3- Nieuwe CO2-afvanginstallatie bij bestaande of nieuwe industriële installaties.
Deze subcategorie is bedoeld voor de nieuwe nog te bouwen installaties. Voor de nieuwe installatie kan er gelijk rekening mee worden gehouden met de CO2 -afvang PBL verwacht dat de kostencomponenten voor deze subcategorie gelijk is aan de subcategorie ‘Nieuwe CO2 -afvanginstallatie bij bestaande industriële installaties. De gehele installatie is vergelijkbaar met die van ‘Nieuwe CO2 -afvang bij bestaande industriële installatie’, zie figuur 3.
Voor het voorbereiden van een CCS project zijn er een aantal stappen benodigd:
De nieuwe SDE++ regeling is zo vormgegeven dat de energietechnieken met zo laag mogelijke kosten om een ton CO2 te reduceren als eerste in aanmerking komen voor SDE++ subsidie. Daarmee beoogt de regeling om zoveel mogelijk CO2 te reduceren voor iedere euro subsidie. Hierbij gaat het om het besparen op CO2 uitstoot uit fossiele energiebronnen. Voor de categorieën die met CO2 afvang en opslag te maken hebben, geeft de onderstaande tabel de volgorde o.b.v. subsidie-intensiteit met de bijbehorende basisbedragen weer. Normaal zijn de bedragen uitgedrukt in € per opgewekte kWh elektriciteit, warmte of groen gas. In dit geval krijgt men subsidie voor elke ton CO2 die wordt afgevangen en opgeslagen, dus is de eenheid €/ton CO2.
De totale CO2 plafond voor het afvangen, comprimeren en opslaan is 7,2 megaton.
Categorie |
Uren |
Subsidie-intensiteit |
Basisbedrag |
Bodemprijs |
Correctiebedrag |
Extra CO2-opslag bij bestaande CO2-afvanginstallaties (B)
|
8000 |
39 |
76,307 |
25,264 |
23,272 |
Nieuwe CO2-afvang bij nieuwe industriële installaties
|
8000 |
76 |
106,135 |
25,264 |
23,272 |
Aanvullende CO2-opslag bij bestaande CO2-afvanginstallaties (A)
|
4000 |
76 |
112,482 |
25,264 |
23,272 |
Nieuwe CO2-afvang bij bestaande industriële installaties |
8000 |
85 |
114,162 |
25,264 |
23,272 |
Of vragen over de SDE++ regeling? Neem dan hieronder contact met ons op!
"Ik beantwoord graag al je vragen over CO2 afvang en opslag"