Meer mogelijkheden in de geothermie door de SDE++

Geothermie

Geothermie heeft maar liefst zeven verschillende categorieën in de SDE++ regeling, maar hoe weet je welke categorie het beste bij jouw project past? Om dit te kunnen bepalen, moet allereerst gekeken worden naar de warmtevraag van de afnemers:

  • Hoeveel warmte is er nodig?
  • Wanneer is er warmte nodig?
  • Op welke temperatuur is er warmte nodig?
  • Waar is er warmte nodig?


Daarnaast moet worden onderzocht wat de bodem op die specifieke locatie te bieden heeft:

  • Wat is de opbouw van aardlagen in de grond?
  • Welke temperaturen hebben de verschillende aardlagen te bieden?
  • Welke doorlaatbaarheid hebben de verschillende aardlagen?
  • Welke geothermische vermogens resulteren hieruit?

Wil je meer weten over de specifieke categorieën, lees er hieronder meer of neem contact met ons op.

Ondiepe geothermie

 

Bij een geothermieboring van minimaal 500 meter tot 2.000 meter diepte spreken we van ondiepe geothermie. Vanaf 500 meter diepte geldt de Mijnbouwwet en zal er o.a. een vergunning aangevraagd moeten worden voor de boring. De temperatuur van het water op deze diepte ligt tussen de 20 en 55 °C en heeft meestal nog niet de gewenste afgiftetemperatuur. Bij deze techniek zal een warmtepomp ingezet moeten worden om de temperatuur te verhogen. Daarnaast kan een warmtepomp in de retourleiding worden gebruikt om het retourwater verder terug te koelen, zodat er een groter temperatuurverschil tussen de productie- en injectieput van het geothermisch doublet wordt verkregen. Hierdoor is een groter geothermisch bronvermogen beschikbaar. Dit betekent dat er een minder groot volume aan water rondgepompt hoeft te worden, wat weer scheelt in de investeringskosten per kWh vermogen. Er zijn dan namelijk minder grote pompen en kleinere leidingdiameters nodig.

Binnen de SDE++ zijn er voor ondiepe geothermie twee categorieën:

  1. Ondiepe geothermie, geen basislast: dit betekent dat ondiepe geothermie wordt aangesloten op een warmtenet in de gebouwde omgeving, waardoor een beperkt aantal vollasturen geldt. Voor deze categorie kan maximaal 3.500 uur vollasturen met een basisbedrag van 0,081 €/kWh worden aangevraagd.
  2. Diepe geothermie, basislast: Dit betekent dat ondiepe geothermie wordt aangesloten op glastuinbouw of een andere afnemer met een meer continu warmtevraagprofiel. Voor deze categorie kan maximaal 6.000 vollasturen met een basisbedrag van 0,060 €/kWh worden aangevraagd

Diepe geothermie

 

Bij een geothermieboring tussen de basis van de Noordzee Groep (ca. 1.800 meter diepte) en een maximale diepte van 4.000 meter spreken we van diepe geothermie. De temperaturen van het water op deze diepte kunnen oplopen tot boven de 100°C. Ook bij deze techniek kan er een warmtepomp ingezet worden om het retourwater verder terug te koelen, zodat er een groter temperatuurverschil tussen de productie- en injectieput van het geothermisch doublet wordt verkregen. Net als bij de ondiepe geothermie zorgt dit voor een groter geothermisch bronvermogen en lagere investeringskosten.

Binnen de SDE++ kent de  diepe geothermie vier categorieën:

  1. Diepe geothermie, geen basislast: hierbij wordt de diepe geothermie aangesloten op een warmtenet in de gebouwde omgeving, waardoor een beperkt aantal vollasturen geldt. Voor deze categorie kan maximaal 3.500 vollasturen met een basisbedrag van 0,083 €/kWh worden aangevraagd.
  2. Diepe geothermie, basislast < 20 MWth: hierbij wordt de diepe geothermie aangesloten op de glastuinbouw of een andere afnemer met een meer continu warmtevraagprofiel. Voor deze categorie, met een vermogen van kleiner dan 20 MWth, kan maximaal 6.000 vollasturen met een basisbedrag van 0,044 €/kWh worden aangevraagd.
  3. Diepe geothermie, basislast > 20 MWth: dit betekent dat de diepe geothermie wordt aangesloten op de glastuinbouw of een andere afnemer met een meer continu warmtevraagprofiel. Voor deze categorie, met een vermogen groter dan 20 MWth, kan maximaal 6.000 vollasturen met een basisbedrag van 0,041 €/kWh worden aangevraagd.
  4. Diepe geothermie, uitbreiding: er kan SDE++ subsidie worden aangevraagd voor de uitbreiding van een diepe geothermieput met een extra put. Voor deze categorie kan maximaal 6.000 vollasturen met een basisbedrag van 0,031 €/kWh worden aangevraagd.

Ultradiepe geothermie

Bij een geothermieboring met een diepte van minimaal 4.000 meter spreken we van ultradiepe geothermie. De verwachte (hoge-temperatuur) warmtewinning is > 120-140°C. Net als bij ondiepe en diepe geothermie kan bij ultradiepe geothermie een warmtepomp worden ingezet om het retourwater verder terug te koelen, waardoor het geothermisch bronvermogen stijgt en de investeringskosten per kWh vermogen dalen.

  • Ultradiepe geothermie: voor deze categorie kan maximaal 7.000 vollasturen worden aangevraagd met een basisbedrag van 0,065 €/kWh.

Vragen over geothermie in relatie tot een SDE subsidie? 

Neem hieronder contact met ons op!


● 
Vrijblijvend antwoord   Binnen 1-2 werkdagen

"Ik beantwoord graag al je
vragen over geothermie en de SDE++ regeling "

Ruud van Aart

Expert duurzame warmte